Wind energie

De technische ontwikkeling heeft geleid tot steeds grotere windmolens. Daar waar aanvankelijk windmolens op land werden geïnstalleerd heeft installatie op zee een grote vlucht genomen. 

Windparken op zee

Zeker in dichtbevolkte gebieden, zoals Nederland, is installatie op zee een aantrekkelijk alternatief. Wel gaat dit gepaard met hogere kosten. Nederland, maar ook Engeland en Denemarken hebben of plannen grote parken op zee.

Nederland heeft momenteel 3 kleinere parken in de Noordzee van tezamen 359 MW, het Gemini park; 150 molens 85 km uit de kust gebouwd door van Oord in 2016 met Siemens windmolens van 600 MW.  Borssele 1 en 2, 752 MW, 94 8 MW Siemens Gamesa turbines, 23 km uit de kust, gebouwd door Orsted is in 2020 gereed gekomen en wordt in april 2021 officieel geopend. Borssele 3 en 4 , 731 MW, 77 9.5 MW turbines van MHI Vestas,  22 km uit de kust, gebouwd door Blauwwind (Shell, Eneco, Van Oord) is eind 2020 begin 2021 operationeel.

Daarnaast zijn er nog parken gepland; Hollands Kust 1 en 2 in 2021, (Vattenfall, 140 11 MW turbine, 760 MW), Hollandse Kust 3 en 4, (760 MW in 2023), Hollandse Kust Noord (760MWin 2023), Hollandse Kust West (1400 MW, 2024), Waddeneiland Noord (700 MW, 2026) en IJmuiden VER (4000 MW, 2027). In lijn met het Energieakkoord komt daarmee het totaal voor Nederland op 10,6 GW in 2030. Deze leveren dan 8,5% van alle energie in Nederland en 40% van ons huidige elektriciteitsverbruik [3]. Zie hier voor de off shore wind energie doelen in EU Green Deal

De totale geïnstalleerde capaciteit op de Noordzee van alle landen tezamen was 15 GW, eind 2020.

Kostenreductie

Elke keer dat de productiecapaciteit voor windmolens verdubbelt, daalt de prijs van de molens  met ongeveer 19 procent, Als we hier de groei van de afgelopen tien jaar doortrekken zitten we in 2030 op drie verdubbelingen van het jaarlijkse productievolume. Dat zou bijna een halvering van de prijs betekenen.

Het cumulatief wereldwijde geïnstalleerd vermogen van wind zal naar verwachting verder stijgen [2].